1. Ik ken je vooral uit de series ‘Goede Tijden, Slechte tijden’ en ‘Celblok H’. In deze series speel je een gevaarlijke vrouw die graag de leiding neemt. Hoeveel heeft Inge Ipenburg gemeen met de personages die ze speelt?
Je vergeet de rol die ik het langst gespeeld heb. Sophie Noordermeer in Westenwind. Dat was een totaal ander karakter en daar zat evenveel of even weinig van mezelf in als de personages die jij noemt. Als acteur speel je een rol die door anderen verzonnen en geschreven is in dienst van een film, serie of toneelstuk. Vaak word je gevraagd en kies je niet zelf. Dus er is geen enkel verband of gelijkenis. Ik gebruik mijn vakmanschap als acteur en put uit 3 bronnen: fantasie, observatievermogen en eigen ervaring. Die bronnen gebruik ik trouwens ook met schrijven.
2. Behalve acteren en schrijven zijn er nog veel meer dingen waar jij je mee bezig houdt. Kan je daar iets meer over vertellen?
Ik geef camera acteren op diverse theater academies, maar dat is natuurlijk een logisch verlengstuk van mijn werk, net als alles wat ik met mijn stem doe. Commercials, tekenfilms, bedrijfsfilms. Maar daarbij geef ik presentatietrainingen privé of in groepsverband. Ik heb een methode ontwikkeld gebruik makend van acteertechnieken om mensen o.a. in het bedrijfsleven betere presentaties te laten geven. Vaak heeft iemand een heel goed verhaal, maar wordt het zo krukkig gepresenteerd, dat er niks van blijft hangen. Eeuwig zonde. Meestal komt het omdat de persoon in kwestie het doodeng vindt alle aandacht op zich te vestigen. Het is elke keer weer een feestje om mee te maken dat iemand daar in korte tijd met simpel aan te leren technieken, helemaal geen last meer van heeft en het zelfs leuk gaat vinden. Een andere reden waarom een goed verhaal niet overkomt is de gedachte dat de boodschap voor zichzelf moet spreken. Een misverstand. Onze aandacht en het vermogen tot luisteren wordt vastgehouden of verstoord door allerlei elementen. Het is leuk om je daar bewust van te zijn en ermee te kunnen spelen. Goed voor het verhaal, de verteller en het publiek.
3. Wat vindt jezelf tot nu toe het allerleukste wat je hebt gedaan?
Oei, dat zijn de moeilijke vragen voor mij. Leukste, lekkerste, beste, mooiste. Ik weet het niet. Alles is gebonden aan een moment. Ik weet wel wat ik op dit moment het leukste toekomstbeeld zou vinden. De rest van mijn leven professioneel voor de helft met schrijven door te brengen en voor de andere helft met acteren zowel op toneel als voor de camera. Oh, en het geven van trainingen natuurlijk, en lesgeven, en reizen. Goed, ook nu kan ik dus weer niet kiezen.
4. Hoe ben je op het idee gekomen om een boek, een thriller te gaan schrijven?
Het is niet zo’n uniek idee toch? Ik geloof dat een paar miljoen Nederlanders een boek willen schrijven of eraan bezig zijn. Voor zover ik me kan herinneren vertelde ik als klein kind verhaaltjes en deed toneelstukjes en dansjes. Het lag voor de hand dat ik daarvan mijn beroep zou maken. Ik weet dat ik als 10-jarige de jongste debutante ooit wilde worden. Dat heb ik dus niet gehaald. Maar dat ik ooit boeken zou gaan schrijven was een vanzelfsprekende zekerheid. Ik ben alleen erg ongeduldig en had blijkbaar heel erg lang nodig om het geduld te kunnen opbrengen en de rust te creëren om eindelijk aan boeken schrijven te beginnen.
5. Had je al van te voren een verhaal in gedachten?
Er waren meerdere verhalen die ineens bij elkaar gingen horen en elkaar aanvulden. Tijdens het schrijven ontstonden de details en de karakters. Natuurlijk had ik vooraf het nodige bedacht maar heel veel diende zich gewoon aan tijdens het schrijven. Een fijn proces was dat.
6. Ik vond de strafpleiter in het boek qua karakter veel weg hebben van Ludo in ‘Goede Tijden, Slechte Tijden’, een man die door zijn invloed veel kan bewerkstelligen. Is dit een toevalligheid ?
GTST speelt al meer dan 10 jaar geen enkele rol in mijn leven en heeft het daarvoor ook maar heel kort gedaan. Het zou zorgelijk met mijn leven gesteld zijn als ik daar mijn inspiratie vandaan moest halen. Al eeuwenlang zijn er mensen in machtposities die vinden dat de regels van de samenleving niet voor hun gelden. Dat is voor de schrijvers van GTST vast ook een inspiratiebron.
7. Heb jezelf het idee voor de cover bedacht?
De cover is tot stand gekomen in overleg. Uitgaande van een idee, een ontwerp en ongelooflijk veel gemierenneuk van mijn kant. Het is één enkel beeld en dat blijft beter hangen vaak dan honderd woorden. Het moet nieuwsgierig maken en mag niet te veel prijsgeven. Moeilijk hoor!
8. Wat voor boeken lees jezelf graag?
Goede boeken. Ik hang niet aan een specifiek genre.
9. Ben je al bezig met een volgend boek? En zo ja, kun je alvast een tipje van de sluier oplichten?
In mijn hoofd zit het volgende verhaal al en er komen langzaamaan steeds meer details bij. Aan het schrijven ben ik nog niet begonnen. Dat voelt een beetje als vreemdgaan nu Het gerecht net uit is en die karakters publiek zijn. Ik mag me van mezelf nog niet gaan storten op de levens van andere karakters blijkbaar. Daarom wil ik er ook nog niks over vertellen. En misschien wordt het een heel ander verhaal dan er nu in mijn hoofd zit, dat kan ook nog. Ik zie wel waar en wat mijn verbeelding me brengt.
Wendy - Meer weten over Inge Ipenburg? Kijk dan op haar website.
Bezoekersreacties:
|