Bente Jensen, hoofd van de Zweedse inlichtingendienst in Brussel, krijgt via een anoniem persoon uit Londen een USB-stick in handen waarop voor de Britse inlichtingendienst MI6 belastende informatie staat over geheime operaties in Syrië. De ondervragingstechnieken die ze daar voeren zijn mensonterend en de MI6 wil kostte wat het kost voorkomen dat dit naar buiten komt. Het kan hun reputatie beschadigen en politieke gevolgen hebben. Al vrij snel ontdekt MI6 een lek en vanaf dat moment is het vertrouwen weg tussen de twee inlichtingendiensten. Jonathan Green werkt voor de MI6. Hij heeft een affaire met de vrouw van zijn chef en als dit uit komt wordt hij op een missie naar Syrië gestuurd met de opdracht iemand te ontvoeren die weet waar IS-leiders zich bevinden. Ondertussen heeft Bente ontdekt dat haar man een verhouding heeft met een vrouw die nauw betrokken is bij MI6.

Wanneer Stille oorlog gelezen is wordt de persoon op de cover, starend over een woongebied, duidelijk en weet je dat je als spion er alleen voor staat als het op een missie fout gaat. Dat de geheime inlichtingendiensten kil en zakelijk zijn, wordt in dit boek goed verwoord middels de personages, al blijven Bente en Jonathan wat afstandelijk. Ook hun privélevens worden onder de loep genomen en van beide is dit niet al te rooskleurig. Fascinerend is het om te lezen hoe dit wordt gecombineerd. De opbouw van het verhaal is wat langdradig en aan de saaie kant. Je moet wat geduld opbrengen om er doorheen te komen en dat gaat ten koste van de plot en de spanning. Het duurt dus lang voordat de actie en spanning losbreken. De auteur heeft zijn ervaring in de terrorismebestrijding goed gebruikt in zijn boek.

Stille oorlog is geen harde actie thriller, maar meer een spionageroman die veel inzichten verschaft.