Anja Maas is geboren in Alkmaar waar ze nu nog steeds woont samen met haar man en vier dochters. Ze werkte als loonadministrateur bij een WSW-bedrijf. Ze schrijft vanaf haar vroege jeugd. Eerst liedjes als kleine gedichten en later korte verhalen. Ze volgde een cursus korte verhalen schrijven bij stadsdichteres Margreet Schouwenaar. Maalstroom is haar haar debuut.

De proloog start met de verdwijning van Kayla, de driejarige dochter van Karin Buitendijk. Ze lijkt wel opgelost in het niets, samen met haar speelkleed en twee knuffels. Er is geen enkele aanwijzing te vinden. De politie staat voor een raadsel. Karin belandt in een nachtmerrie en is vaak te vinden in het kamertje van Kayla. Twee jaar na dato ziet Karin de twee verdwenen knuffels gewoon aan het voeteneind van Kayla’s bedje staan. Ook de schoentjes die ze droeg tijdens haar verdwijning, staan nu ineens weer in de kast. Haar ex-man John en een vriend, Evert dringen aan op hulp. Karin blijft Kayla horen roepen, ondanks de therapie en de pillen. Niemand gelooft haar en ze gaat twijfelen aan zichzelf. Wat is echt en wat niet?

Het verdwijnen van een kindje is het ergste wat een moeder kan overkomen en de gedachten van de hoofdpersoon Karin zijn dan ook goed te begrijpen. In eenvoudige taal en korte zinnen volg je de gedachten en gevoelens van Karin. Door de flashbacks krijg je het complete plaatje voorgeschoteld en twijfel je met haar mee: Wat is echt? Wat zit er in haar hoofd? Alhoewel er een aantal herhalingen van acties in voorkomen en beschrijvingen van emoties, heeft het verhaal zeker potentie om het predicaat thriller te krijgen. De psychologische kant van de hoofdpersoon wordt duidelijk verwoord en de onderhuidse spanning groeit gestaag. De plot is enigszins voorspelbaar en met de liefde komt het uiteindelijk ook goed.

Anja Maas heeft met Maalstroom een spannend verhaal geschreven dat een prima debuut is waarmee ze laat zien dat ze het schrijven wel in zich heeft.