De Zweedse Inger Frimansson heeft met haar eerdere, in ons land uitgebrachte thrillers toch wel een reputatie opgebouwd. Haar eerste uit 2003, Welterusten, mijn liefje, en ook de opvolger een jaar later, Duister spoor, waren beide voor zowel lezers als critici lastig te doorgronden. |
Ook nu, met boek nummer zes, lijkt ze vast te houden aan datgene wat haar zo typeert: de schrijfstijl. Ook de vormgeving van de boeken blijft sober en somber en trekt daarom ook wellicht niet de gewenste lezers over de streep om de boeken te gaan lezen. Zonde, want, met een beetje graafwerk van het brein, zijn ze stuk voor stuk van de betere soort.
In De kat die niet stierf draait het om de hoofdpersonen Beth van achtendertig en haar twee jaar oudere vriend Ulf. Zeven jaar geleden verloor Beth haar te vroeg geboren tweelingdochters en sindsdien is haar leven niet meer hetzelfde. Ulf, zelf vader van de twaalfjarige zoon Albin, was in die tijd niet echt een steun en toeverlaat en dat wreekt zich, ook nu na jaren, toch. Ze spenderen veel tijd samen in een afgelegen vakantiehuisje en deze zomer is het er heet en droog. Als Beth in een waas van woede een man doodt kunnen ze in eerste instantie niets anders doen dan dit aangeven bij de politie. Toch houdt het nieuws hen tegen, in de wetenschap dat de man een ontsnapte uit de inrichting van Tidaholm was.
Frimansson’s nieuwste is weliswaar wederom een taai stukje kost, de uiteindelijke uitwerking is meer dan goed. Veel onderhuidse spanning, prima opbouw en uitkomst. Wie zich door haar manier van schrijven niet laat weerhouden heeft hiermee een prima boek in handen.
Qua verhaal een rasechte vrouwenthriller en eigenlijk hoort Inger gewoon in het rijtje auteurs te staan op deze site. Zij is niet de enige (Scandinavische) auteur die de durf heeft haar eigen pad te volgen (kijk hier naar naamgenote Inger Wolf uit Denemarken) maar weet wel een goed staaltje werk af te leveren.
Dus JA, een prima vrouwenthriller, mits je er tegen opgewassen bent. Diana
Bezoekersreacties:
|