Zo goed als nieuw
Door: Martine Kamphuis op 8 februari 2024

Martine Kamphuis specialiseerde zich na haar studie geneeskunde in de psychiatrie, met name in de behandeling van mensen met gedragsproblemen. De ervaring die zij tijdens haar werk opdoet verweeft ze in haar spannende psychologische boeken. Zoals in haar thrillers met als hoofdpersoon WP (Wynona Post). Vandaag is bij de Crime Compagnie haar nieuwe thriller verschenen, De nieuwkomer, een vervolg op De kliniek met hoofdpersonage Sanne Molenaar.




Sanne, de hoofdpersoon in De nieuwkomer, is net klaar met haar coschappen als zij aan de slag gaat in een tbs-kliniek. Mijn eigen coassistentschappen liggen ver achter me, toch heb ik er levendige herinneringen aan. Het was een intensieve tijd waarin ik om de paar weken wisselde van afdeling. Het eerste jaar liep ik rond in een Academische Ziekenhuis, waar een overvloed aan coassistenten was. We moesten ons voor achten melden, mochten pas na zessen weg en in de tussenliggende uren was er weinig te doen. Artsen en verpleegkundigen maakten opmerkingen als: ‘het is wit en het loopt in de weg…’, en ze noemden ons spottend ‘witte vloed’. Op een dag was ik de schaduw van een internist in opleiding die zo snel liep, dat ik hem regelmatig bijna kwijtraakte. Vastberaden om dat niet te laten gebeuren, liep ik vlak achter hem aan, om op een gegeven moment te ontdekken dat ik hem bijna tot in het herentoilet gevolgd was. En al die tijd zei hij niets. 

De eerste coschappen ervaarde ik als vermoeiend, frustrerend en bij vlagen vernederend. Daarna kantelde er iets, ik kreeg er schik in. Ik leerde – om de woorden van een latere supervisor te gebruiken – eerst te kijken hoe de hazen liepen als ik ergens binnenkwam. Ik zag hoe arts-assistenten die zelf te lijden had onder de arrogantie van sommige specialisten frustraties botvierden op coassistenten en verpleegkundigen. Ik registreerde met een mengeling van afschuw en bewondering dat een kinderarts wiens spreekuur altijd enorm uitliep de terechte woede van de ouders hierover wist te ontlopen. Hij stuurde de coassistent vooruit en liet die een eindeloze reeks vragen aan de ouders stellen en de antwoorden vastleggen in het dossier. De ouders botvierden hun frustratie op ‘de jonge dokter’, om vervolgens de kinderarts zelf opgelucht en dankbaar te begroeten. Aan het verslag van de coassistent besteedde de man geen seconde aandacht.

Er was ook een enkeling die respectvol met ons omging, die niet meedeed met het omlaag trappen. Ongeacht wie dat was - dokter of schoonmaker - dat was diegene die ik opzocht als ik iets kwijt moest. Dankzij hen leerde ik misschien wel de belangrijkste les van de coassistentschappen: hoe ik me moest gedragen als ik later zelf in een positie zou komen waarin ik macht had over anderen. 
 
Dat ik steeds weer op een andere plek aan de slag moest, gaf me de kans om mezelf opnieuw uit te vinden. Waar ik aanvankelijk dingen die in mijn ogen niet deugden onmiddellijk aan de orde stelde, ging ik later zoeken naar manieren waarop ik het contact met moeilijke artsen en verpleegkundigen zo vorm kon geven dat ik zoveel mogelijk zou leren. Vragen stellen, belangstelling tonen en waar mogelijk oprechte complimenten geven, maakten dat mogelijk. Die benadering zorgde ervoor dat er aan het einde van de rit geluisterd werd als ik voorzichtig kritische kanttekeningen plaatste bij het coschap.
  
Jezelf heruitvinden is het doel van een opname in een tbs-kliniek. De patiënten komen daar om te veranderen, om patronen te doorbreken en te leren zich anders tot hun medemens te verhouden. In De nieuwkomer gebeurt dat heruitvinden soms op een ongewenste manier, die niets met een succesvolle behandeling te maken heeft. Jammer genoeg komt Sanne daar pas achter als het te laat is… 


  
De kliniek, deel 1 in de serie over Sanne Molenaar, verschijnt op 16 februari als Bookazine bij tijdschrift Vriendin

Martine Kamphuis

 



Bezoekersreacties:
Website Security Test