Gevaarlijke tranen
Door: Ciska Baar op 11 november 2010

Twee november 2010. Wat betekent deze datum en waarom is ze zo somber vandaag?
Het is alsof het ademen moeilijk gaat door een voortdurende druk op haar borst. De jonge vrouw heeft echter gewerkt, het is laat geworden, en opgelucht trekt ze de deur van het advocatenkantoor achter zich dicht. Ze ziet ertegen op om naar haar appartement in de buitenwijk van de stad te rijden, en neemt het besluit om nog even iets te gaan drinken in het café om de hoek. Het is er druk en ze ziet dat slechts een tafeltje, weggedrukt achter de kapstok, onbezet is. Er staan twee stoelen, waarvan er een met de rug naar de deur. De vrouw gaat op de andere zitten en zucht opgelucht.
Het is weer gelukt!

Het is nu eenmaal onmogelijk voor haar om met haar rug naar een gesloten deur te zitten. Ze staat op en wringt zich tussen twee mannen aan de bar. Als antwoord op de vragende ogen van de jongen die bedient, zegt ze: “Een droge witte wijn.”
Terwijl ze wacht kijkt ze omhoog naar het televisiescherm en hoort een plechtige stem zeggen: “Ode aan de doden.”
Nu schrikt ze en weet opeens waarom er over deze dag een somber waas heeft gehangen. Het is Allerzielen, de dag dat de Katholieken hun doden herdenken. Precies een jaar geleden is haar vader gestorven. Flarden van zinnen drijven op haar af en een ervan blijft hangen.
“Dit is geen programma over de dood, maar over wat de doden ons leren over het leven.” Ze wil hier niet naar luisteren en gelukkig krijgt ze haar glas wijn en rekent af.
Wanneer ze terug is bij haar tafel, ziet ze dat de andere stoel bezet is. Ze aarzelt, een man staat op en zegt: “Verwacht u nog iemand? Ik ben zo brutaal geweest om te gaan zitten.”
Hij heeft haar dus geobserveerd. Ze voelt zich geërgerd zonder te weten waarom, en kijkt hem aan. En dan valt alles van haar af: Ergernis, benauwdheid en een vaag verdriet lossen op in zijn blik. De vrouw weet niet hoe hij het doet, maar zijn ogen veranderen alles. Hoe lang is het geleden dat ze dit gevoeld heeft, en heeft ze dit wel eens zo sterk gevoeld?
Terwijl ze hem aankijkt groeit het verlangen naar meer van hem. Ze ziet dat hij haast te mooi is om waar te zijn.
Veel krullend donker haar, goudbruine ogen en een mond waar ze even later ongegeneerd naar blijft kijken. Want zijn stem brengt haar in extase. Hij vertelt niet waar hij werkt en vraagt ook niet wat zij doet voor de kost. Ze praten over kunst, muziek en weten al gauw van elkaar dat ze gescheiden zijn en beiden kinderloos gebleven.
Waarom komt haar vader een paar keer terug in haar gedachten? Hij is dood en ze heeft aan hem totaal geen boodschap meer. Hij leek in de verste verte niet op deze man die het klaarspeelt binnen een paar uur haar hart te veroveren.

Om haar vierde verjaardag te vieren ging ze met haar vader in de tram naar het museum. Ze voelde zich opgewonden en belangrijk in haar nieuwe spijkerbroek, witte trui en sportschoenen. Haar vader was toen nog een echte vader zonder driftaanvallen, maar toch was ze toen al op haar hoede. Hij was niet lief, raakte haar bijna niet aan (dat zou vlug veranderen) en hij zat tijdens dat uitstapje stijf naast haar zonder veel te zeggen.
Waarom blijven sommige herinneringen een leven lang bij iemand?
Bijvoorbeeld die van haar vader in een keurig blauw pak en glimmende zwarte schoenen. Zijn haren waren achterover gekamd zonder scheiding; als een strenge donkere helm. Zat hij in de tram stijf naast haar, in het museum stond hij voor een schilderij van Rembrandt en wees haar de prachtige lichtval die sommige stukken naar voren haalde. Maar het scherpst blijft het moment dat hij op een bankje zat, midden in de museumzaal. Zijn handen hingen als slappe vleugels tussen zijn knieën, de gebogen rug, doffe ogen en de vermoeide lijnen rond zijn mond schiepen een afstand die niet te overbruggen was. Toch was deze diep weggezonken tijd de beste van haar leven en voor haar gevoel was alles toen nog compleet.

De jonge vrouw is verbaasd over zichzelf, want ze neemt hem nog dezelfde nacht mee naar haar appartement. Het is ruim drie jaar geleden dat ze iemand volledig toelaat in haar leven. In haar keurige slaapkamer is ze al gauw buiten zichzelf van verlangen naar hem en voelt ze niet allen zijn gretige lijf, maar is zich heel erg bewust van haar eigen lichaam. Het is goed en hoort zo dat hij haar lang bekijkt, haar uitgebreid streelt, kust en woorden stottert van ontroering. Ze geniet van de vlam binnen in haar die haar gloeiend belet te denken. Deze man raakt haar zo diep dat ze tijdens die avond en nacht, voorbij de grens van wantrouwen, geen centje spijt voelt.
Toch is er even voordat ze uitgeput in slaap valt, het gevoel dat wanneer ze niet oppast de deur achter haar kan dichtslaan en er geen terugkeer mogelijk is.

Ze was vijf jaar en zat in pyjama naast mamma op haar bed.
Zij leerde haar een versje en ze voelde zich trots dat ze het al bijna kon opzeggen: Kom naar buiten in de zon,
en strek je luie benen…
Plotseling werd de deur opengegooid en haar vader stormde de kamer binnen.
“Heb je me niet gehoord Anna? Ik sta als een idioot beneden te roepen.”
“Nee ik heb niets gehoord, wat is er?”
“Wat is er, ik word doodziek van jullie gekonkel.”
Ze was zo geschrokken van zijn onverwachte binnenkomst dat er tranen in haar ogen sprongen die alles wazig maakten, en ze wist meteen dat dit helemaal verkeerd was.
“En waag jij het niet om te janken!”
Hij had het natuurlijk gezien en ze kromp in elkaar. Ze besefte weer eens dat ze nergens veilig was. Maar deze keer kreeg zij geen klappen, maar moest haar moeder het ontgelden. Hij vloog woedend op haar af, trok haar van het bed en stompte haar keihard in haar buik. Mamma maakte geen geluid, maar ze sloeg voorover en viel op de grond. Ze was verbaasd geweest hoe vlug zij zich herstelde, haar bij de hand greep en de kamer uitrende. Ze bewonderde haar kracht, want zijzelf was zo slap dat ze zich alleen maar kon laten voortslepen. Ze voelde zich daarna misselijk en schuldig, omdat ze wist dat haar vader razend werd als ze huilde. Hij had niet zo plotseling moeten binnenvallen, dan had ze zich beter kunnen beheersen.

De euforie komt terug bij het ontwaken en ze besluiten ook de dag samen door te brengen. Ze belt naar kantoor met de smoes dat ze de vorige dag te lang heeft doorgewerkt en even moet bijkomen. Ze vrijen, ontbijten, vrijen weer, douchen samen en gaan daarna de stad in. Omdat het regent bezoeken ze de Hermitage en kijken meer naar elkaar dan naar de kunstwerken. Toch zijn ze beiden geboeid door een klein marmeren beeld, waarvan de maker onbekend is.
“Het lijkt wel alsof het van Rodin is,”zegt hij, maar de jonge vrouw denkt eerder aan Camille Claudel, Rodins grote liefde. Zij maakte de mooiste beelden, maar was veel minder bekend.
Opnieuw duiken ze daarna een kroeg in. Huiverend zit ze tegenover hem en schudt de motregen uit haar korte haar.
“Alles in orde?”
Hij kijkt haar bezorgd aan, buigt zich voorover om haar te zoenen.
“Alles in orde,” antwoordt ze en vraagt zich af waarom ze liegt. Waarom geeft ze hem wel haar lichaam, maar niet de geheimen van haar geest? En waarom weet hij nog niet dat ze ook beeldhouwster is en haar eigen atelier heeft? Ze voelt de eerste barst ontstaan in de glanzende parel van verliefdheid.
Dan kijkt de jonge vrouw naar hem en er ontstaat een beeld in haar hersenen, zo helder dat er rillingen over haar rug lopen:

Zijn hoofd zakte voorover op de tafel en zijn armen vielen slap langs zijn lijf. Achter hem verscheen haar moeder die hem per ongeluk aanraakte in het voorbijgaan. Zij hoofd schoot omhoog en zijn schorre stem zei: “Blijf verdomme van me af!”
Toen beet hij haar toe: “En kijk jij niet altijd naar me alsof ik een monster ben.”

“Nee,” zegt ze hardop, niet alleen om het afschuwelijke beeld te verdrijven, maar om zichzelf ervan te overtuigen dat de man tegenover haar te vertrouwen is. Hij kijkt nu verbaasd en gelukkig ziet ze op dat moment een felle lichtflits oplichten buiten het caféraam.
“Ben je bang voor onweer liefje?”
“Nee,” zegt ze opgelucht, omdat ze weer terug is in de werkelijkheid. En wanneer hij even later moeiteloos een gesprek begint aan de bar waar hij gaat afrekenen, is ze blij om even alleen te zijn. Opnieuw vraagt ze zich af waarom al die oude ellende weer naar boven komt. Hij komt alweer naar haar toe en lacht zo ontwapenend dat ze warm wordt van schaamte om haar wantrouwen, en ze pakt zijn hand in een voorzichtige poging haar geluk te herstellen.
Ongeveer een uur later kijkt ze naar hem terwijl hij rondloopt in haar kamer en dan stilstaat voor het raam. Hij praat over het beeld in de Hermitage dat ze volgens hem beslist nog eens moeten gaan bekijken. Ik weet niets van hem, denkt ze en meteen daarna: En ik weet ook alles van hem. Ik weet dat hij van kunst houdt, waar hij heel boeiend over kan vertellen. Dat muziek een heel belangrijke plaats inneemt in zijn leven. Ook is hij vurig en vol passie in bed, en geeft hij zich helemaal. Hij heeft het voor elkaar gekregen dat ik me vrouw voel, volledig en sterk.
Nu draait hij zich om en ze spant zich in om te luisteren, wordt opnieuw geboeid door het vuur in zijn stem.
“Het is zo prachtig dat beeld. Er bestaan naakten die doods zijn maar dit is zo levend dat het haast pijn doet om er naar te kijken, Het is haast te mooi en geeft de volmaakte overgave weer.”
“Overgave!”
Het woord blijft even in de kamer hangen, en raakt haar dan midden in het hart. Tranen, die de hele middag achter haar oogleden hebben gebrand, banen zich een weg en stromen over haar wangen. En dan gebeurt er iets met hem. De man blijft staan, zijn stem en bewegingen verstarren en ze ziet hem wankelen op zijn benen. Een grote onrust neemt bezit van haar, ze hapt naar adem tussen twee snikken door. Dan luistert ze gespannen naar zijn stem die totaal veranderd op haar toe komt drijven. Die stem is dreigend en behoort niet hem, maar iemand anders toe.
“Wil je onmiddellijk stoppen met huilen? Als ik ergens de pest aan heb, is het wel aan jankende vrouwen.”
Op slag verandert haar onrust in een paniekerige angst, die onmiddellijk haar tranenstroom laat stoppen. Het is nu levensgevaarlijk om zelfs nog een traan te laten. Ze zet een paar passen achteruit, en wil vluchten. Haar ogen zoeken al de deur, maar dan gebeurt er iets in haar hoofd. Het is alsof haar angst begint te kraken, te barsten en uit elkaar valt. Er ontslaat plaats voor de woorden: Ik ben een vrouw volledig en sterk!
Ze is niet bang meer, hoe kan ze nog angst voelen?
Hij is immers alleen nog maar een slechte kopie van de man die haar kort geleden nog zo mateloos boeide. Ze wordt kwaad, er komt een razernij in haar op over wat er lang geleden gebeurd is en opnieuw gebeurt. Ze ziet dat de man op een stoel gaat zitten met zijn rug naar de deur, en het wordt de hoogste tijd om een eind te maken aan die steeds terugkerende pijn. De jonge vrouw loopt vastberaden naar de deur en draait hem op slot. Er gaat een stimulerende gedachte door haar hoofd: Gelukkig heeft een beeldhouwster sterke handen.
Niet eens erg lang daarna ligt de mooie man op de grond. Hij is van zijn stoel gezakt in een vreemd verkrampte houding. Er lopen striemen in zijn hals, en hij is niet meer zo mooi met zijn wijd open uitpuilende ogen, de blauwe tong die ver uit zijn mond hangt. Zijn oogleden zijn rood gezwollen en de wangen kletsnat alsof hij gehuild heeft.

Dezelfde dag nog doet de jonge vrouw aangifte van zijn dood op het politiebureau. Ze gaat met een agente terug naar haar appartement. De vrouw is verbijsterd en roept twee collega’s op ter assistentie. Ze moeten haar arresteren en ze laat zich gelaten meevoeren. Bij de auto houdt de agente haar hand boven het hoofd van de arrestante wanneer ze instapt. Zij kan echter niet voorkomen dat ze toch nog venijnig haar hoofd stoot. Het doet zeer, maar de tranen die in haar ogen springen, wellen tevergeefs en drogen net zo snel op als ze ontstaan zijn.

Ciska Baar

Ciska is 69 jaar. Ze was manager bij de Thuiszorg en is momenteel gepensioneerd. Ze schrijft al tien jaar in het verleden, maar dankzij Quillers is ze geraakt door de kracht van het korte verhaal in het heden.



Bezoekersreacties:
Janny Veenema (63) op 5 januari 2011:
Mooi verhaal met een verrassend einde. Knap dat je steeds na even een terugblik in het verleden zo weer met je verhaal verder gaat. Dat herinneringen een grote rol kunnen spelen bij dingen die je meemaakt heb je met dit verhaal goed weergegeven.

Maja Pereira-Merkelb (78) op 4 januari 2011:
Fransje, hoe bedenk je toch zo snel al die romans? Alweer zo'n boeiend boek..! Gewldig spannend!!! Sjappooo!!! liefs, Maja

Jikky Joosten (53) op 2 januari 2011:
Een verrassend eind aan dit verhaal. Leuk!

Aly grefhorst (68) op 1 december 2010:
Hoe krijg je het toch voor elkaar. Ieder deel van het verhaal is een verrassing. Het verloop klopt en het einde is zo onverwacht. Al lezende denk je hoe loopt dit af, maar zo.... Je blijft me steeds weer verrassen.

cynthia Dirkmaat (29) op 30 november 2010:
Echt een fantastisch en spannend verhaal. Ik heb er even geboeid naar gelezen en vergat even alles om mij heen.

Ria (57) op 28 november 2010:
Het is een leuk en spannend verhaal. Op naar de volgende.

Gerdien van Os (71) op 26 november 2010:
Heel knap Siska, dat er in zo,n kort verhaal zoveel spanning kan zitten, ik kijk uit naar je volgende verhaal.

sjors tamminga (65) op 25 november 2010:
een verhaal met meerdere demensies. komt het uit je eigenleven in het verre verleden. Lieve Siska wat een spanning in het verhaal. Huilen mag, mag niet. Zit hier de spanning of meer de spanning uit het verleden. Liefde en ontlading. Een prachtig verhaal, maar meer dan dat. Vader en vriend beelden gaan samen. veel liefs Anja en Sjors

Mark Outjers (43) op 23 november 2010:
Weer een ijzersterk verhaal van Cisca!!

Esther Vosselman (32) op 21 november 2010:
Wauw Fransje! Dat zo'n kort verhaal zo'n spanning kan opbouwen...... heel aangrijpend. Liefs Esther

Desiree Vos (42) op 15 november 2010:
De kunst genuanceerde ‘sprongetjes’ van verleden naar heden te maken, zonder daarbij af te dwalen versta je goed. Ik houd daarvan. Bedankt voor jouw bijdrage op deze inspirerende site. Ik hoop nog meer van je te lezen.

Pop (59) op 12 november 2010:
Prachtig verhaal, lieve Fransje, met een verrassend slot! Ik heb het in één ruk uitgelezen en het heeft me tot het einde toe geboeid. Liefs Poppie

Vivian van der Veen (37) op 11 november 2010:
Lieve Fransje, Wat een heerlijk verhaal! Zo heb ik ze graag! Geboeid vanaf de eerste letter en direct tot mijn verbeelding sprekend. Het verhaal leest heerlijk weg en mijn ogen wilden steeds sneller om het verhaal verder te kunnen lezen. Spanning ten top met daarnaast mooie emoties! En nu natuurlijk de spijt dat het geen lekker dik, lang en vermakend boek is.......

Geert Outjers (42) op 11 november 2010:
Een zeer boeiend verhaal, lieve mams, wat me van het begin tot het eind in z'n greep hield.Een heel mooie stijl van schrijven, ook voor korte verhalen draai jij je hand niet om.De tijd is rijp zou ik zeggen om al die verhalen eens te bundelen en uit te geven. Ik ben zo trots op je en het vervuld me met blijdschap dat ik je tot in de lengte van jaren bij me kan dragen. Liefs Geert xx

Maja Pereira-Merkelb (78) op 11 november 2010:
Lieve Fransje, je hebt jezelf overtroffen, wat een waanzinnig boeiend verhaal. Ik heb met spanning in een adem gelezen en vond jammer dat er een einde aankwam.De bedscene heb je heel subtiel verwoord. in een woord geweldig, Frans. Sjappoo!!! Ik bel je nog, Liefs, Maja

Website Security Test