Aline in gesprek met Angelique Haak
Door: Aline van Wijnen op 12 november 2020

Dat Angelique Haak leuk kan schrijven wist ik al: ik heb haar Jennifer Brugman-serie met plezier geluisterd op Storytel. Nooit meer alleen – de nieuwe thriller van Angelique, zette ik dan ook meteen op mijn lijstje. En toen… toen zag ik een winactie op Facebook: Nooit meer alleen stond op nummer 1 op Hebban rank en voor elke dag dat het boek op de eerste plek stond, zou Angelique een boek verloten. Natuurlijk deed ik mee. Hoe groot was mijn blijdschap toen ik wel degelijk een boek won! Binnen een week had ik het uit, een paar vragen aan Angelique stellen was een logische stap.

    
Je boek stond wekenlang op nummer 1 in de Hebban rank, dus ik had hoge verwachtingen. Het moest een keigoede thriller zijn! Dat bleek hij gelukkig ook. Wat onderscheidt Nooit meer alleen van andere thrillers, wat hield hem bijna een maand op nummer 1? 

Wat leuk om te horen dat je het een goed boek vond! En die Hebban rank, ja, dat was echt geweldig en zo ontzettend onverwacht! Met mijn vorige boek (Zwarte ziel) schopte ik het tot plekje drie, dus op één belanden zag ik eerlijk gezegd niet gebeuren en al helemaal niet zo lang. Of Nooit meer alleen zich onderscheidt van andere thrillers weet ik eerlijk gezegd niet, altijd zo lastig (en ook wel ongemakkelijk 😉) om zoiets over je eigen werk te zeggen. Wel denk ik dat het een boek is waar veel mensen herkenning in kunnen vinden en dat het daarom een grote groep lezers aanspreekt. 

Had je verwacht dat je vierde thriller zo’n groot succes zou worden? Heb je nu het gevoel dat de lat heel hoog is gelegd voor je volgende boek? 

Nee, dat had ik absoluut niet verwacht. Om eerlijk te zijn was ik juist behoorlijk onzeker over het verschijnen van Nooit meer alleen. Allereerst omdat het een heel ander soort boek is dan mijn eerste drie (de Jennifer Brugman serie) en ook omdat de allereerste versie die ik destijds inleverde bij mijn uitgever niet spannend genoeg werd bevonden. Bij het herschrijven liep ik keer op keer vast en kreeg ik niet helder hoe de plot in elkaar moest steken. Toen ik het uiteindelijk voor mezelf uitgevogeld had, was het dus heel spannend hoe dat zou uitpakken. De proeflezers waren niet onverdeeld enthousiast, dus de eerste recensies heb ik met angst en beven afgewacht, hahaha. En die lat, tja, die is er altijd wel. Na ieder boek denk ik weer: oké, en hoe nu verder? Soms kan het dan echt een hele poos duren voordat ik überhaupt weer zin heb in schrijven (in die fase zit ik momenteel) en ik die lat weer een beetje los kan laten. 

Je leest zelf ook het liefst thrillers, las ik ergens. Aan welke voorwaarden moet een goede thriller voldoen voor jou?  

Thrillers blijven wel mijn voorkeur hebben, hoewel ik soms ook voor een roman of feelgood kies tussendoor. Voor mij moet een thriller sowieso spannend zijn en ervoor zorgen dat ik steeds verder wil lezen. Dat ik baal als ik iets anders moet gaan doen en niet kan wachten om het boek weer op te pakken. Dat hoeft niet per se met een hoop bloed of moord gepaard te gaan, onderhuidse of psychologische spanning vind ik eigenlijk nog veel fijner. 

Je uitgeefster Ilse Karman stuurde je terug naar de tekentafel toen je de eerste versie van het manuscript inleverde. Wat is het grootste verschil tussen de eerste versie en het eindresultaat?

Het grootste verschil zit hem in het spanningselement. Ik denk eerlijk gezegd dat de eerste versie meer roman was dan thriller. Er moest meer te speuren zijn, meerdere mensen moesten verdacht lijken enzovoorts. En het einde heb ik drastisch herschreven. Hoewel de uiteindelijke dader in beide versies hetzelfde is gebleven, is de afloop van het verhaal wel anders geworden… 

Nooit meer alleen heeft een maand op nummer 1 op Hebban gestaan en krijgt elke dag lovende recensies. Toch schreef je een blog toen iemand een waardering van 1 ster heeft achtergelaten. Blijft zoiets pijnlijk ongeacht het succes van je boek? Volg je alles wat over je boek online geschreven wordt? 

In de beginperiode volg ik alles aan recensies, dan zit ik er als een soort havik bovenop. Na die eerste weken (en hopelijk wat positieve recensies) kan ik dat weer laten vieren. 

Negatieve beoordelingen zullen er altijd zijn, zoveel mensen zoveel wensen en het is onmogelijk om iedereen tevreden te stellen en dat moet denk ik ook nooit het doel zijn. Maar een één ster beoordeling vind ik toch altijd vervelend. Zoals ik in de blog waar je aan refereert al schreef: het voelt een beetje als wanneer je op de middelbare school een toets compléét verknalde en je een 1 kreeg omdat je de moeite had genomen je naam correct op het blaadje te schrijven. Een schamel puntje voor de moeite dus… En tja, hoe je het ook wendt of keert, dat is gewoon niet fijn als het over zoiets persoonlijks als je eigen boek gaat. 

Daarbij vraag ik me dan echt af wat de beleving van een één-ster-gever is bij het boek. Als een boek netjes verzorgd is, dus niet bomvol met taal- en stijlfouten staat en diegene het echt zó slecht vindt, dan kan die persoon zich wellicht ook afvragen of het soort boek überhaupt wel zijn ding is en hoe fair het dan is daar een beoordeling over te geven… Maar goed, zonder feedback blijft dit gissen en dit is iets waar al heel veel over gezegd en geschreven is. Het blijft de eeuwige discussie of alleen een aantal sterren geven nu de juiste manier is om een boek te beoordelen. Met een stukje feedback erbij is in elk geval duidelijk waaróm iemand die ene ster geeft. Daar kun je als auteur wellicht nog iets van leren, en als iemand bijvoorbeeld schrijft ‘de hoofdpersoon in dit boek houdt van katten en ik ben meer een hondenmens’ dan kun je als auteur zo’n beoordeling ook makkelijker een plekje geven… 😉 

De moeder van de hoofdpersoon in Nooit meer alleen heeft een psychische aandoening. Je hebt haar gedrag zo treffend neergezet dat het haast niet anders kan dat je veel research hebt gedaan. Hoe heb je dat aangepakt? 

Uiteraard heb ik research gedaan, maar die research bestond veelal uit sites met droge materie. Ik heb vooral geprobeerd in de huid te kruipen van Emma’s moeder, me te verdiepen in haar emoties en destructieve denkwijze waardoor zij steeds in dezelfde negatieve spiraal blijft ronddraaien. Goed om te horen dat dit wat jou betreft gelukt is! 

Rotterdam is tot nu toe de setting van al je boeken. Denk je dat je ooit een uitstapje zal maken naar een andere locatie? 

Rotterdam is de stad waar ik geboren ben en waar ik vijfentwintig jaar gewoond heb voor ik naar Spijkenisse verhuisde. Er is een periode geweest dat ik me een toerist voelde als ik terug in Rotterdam was. Toen ik mijn eerste boek begon te schrijven speelde het zich (eigenlijk automatisch) toch in mijn geboortestad af. Het schrijven van de Jennifer Brugman-serie heeft mijn liefde voor Rotterdam weer aangewakkerd. Ik ging vaak op researchtripjes en herontdekte de plekken uit mijn jeugd. De plekken in de boeken zijn dus ook echt, zoals bijvoorbeeld het politiebureau aan de Hoflaan. Het is al heel lang niet meer als zodanig in gebruik, maar voor mijn rechercheursteam vond ik dit monumentale pand in hartje Kralingen de perfecte locatie. 

Een uitstapje naar een andere setting in volgende boeken sluit ik niet uit, maar aan de andere kant vind ik het ook wel een leuk handelsmerk als al mijn boeken zich in Rotterdam afspelen. Kortom, ik weet het nog niet. Rotterdam is een bruisende stad, waar nog heel veel kan gebeuren… 😉 

Je hebt nu vier boeken geschreven. Verloopt je schrijfproces altijd hetzelfde of juist iedere keer anders? 

Ooo, ik zou zo graag willen dat ik een vast schrijfproces had. Mijn schrijfproces is een chaos en dat terwijl ik met andere zaken altijd heel gestructureerd ben. Ik koop notitieboekjes waar ik vervolgens niks in schrijf, ik maak planningen waar ik me nooit aan hou, ik richt werkplekken in waar ik vervolgens nooit ga zitten en ik schrijf een synopsis om vervolgens aan iets heel anders te gaan werken. Dus als er steeds iets hetzelfde is aan mijn schrijfproces dan is het denk ik de chaos… 

Ik ben altijd benieuwd naar hoe een boek is ontstaan. Wat bracht je op het idee? Herinner je dat moment nog precies? 

Nooit meer alleen speelt zich deels af in het examenjaar op de middelbare school van Emma (1994/1995) en deels in 2019 wanneer zij een volwassen vrouw is. Net als Emma zat ik in het schooljaar in 1994/1995 in mijn examenjaar op een grote scholengemeenschap in Rotterdam. Hoewel ik best een leuke tijd heb gehad op de middelbare school vond ik het ook een onwijs heftige tijd. Er was veel groepsdruk, groepsvorming, en uiterlijk en merkkleding waren ontzettend belangrijk. Ik heb altijd beseft dat voor veel mensen hierdoor de middelbare schoolperiode helemaal geen leuke tijd was en denk dat dat uiteindelijk de drive is geweest om dit boek te schrijven. Niet een specifiek moment dus, maar een gevoel samenhangend met een bepaalde periode uit mijn leven.  

Sommige schrijvers ervaren het schrijven als werk, de andere als een uit de hand gelopen hobby of zelfs hun uitlaatklep. Wat is het schrijven voor jou? 

Schrijven is voor mij een beetje van alles wat. Het schrijven van korte stukjes die ik op mijn site of Facebook plaats is voor mij een uitlaatklep, die helpen me vaak dingen te relativeren of een plekje te geven. Het schrijven van een boek is een heel ander verhaal (letterlijk, haha). Dat gaat bij mij gepaard met veel verschillende emoties, maar net afhankelijk van hoe het schrijfproces op dat moment verloopt. 

Als werk zie ik het schrijven zelden, ik doe dit voor mezelf, omdat ik het wil en als ik het niet meer zou willen belet niets me om ermee te stoppen. Dat is met een ‘gewone’ baan toch meestal heel anders (het salaris overigens ook, maar ook dat is een heel ander verhaal 😉  

Je hebt een gezin dat ongetwijfeld veel aandacht opeist. Hoe organiseer je je schrijfwerk eromheen? Heb je vaste schrijfmomenten, een aantal woorden per dag dat je moet halen? 

Mijn gezin is een van de redenen dat het nog wel eens zoeken is naar structuur in het schrijven. Ik kan wel bedenken dat ik op dinsdagmiddag een schrijfmiddag heb, maar het leven met twee pubers in huis kent vaak onverwachte wendingen: mam, mijn gymschoenen zijn veel te klein en ik heb mórgen sportdag; mam, je móét echt vandáág mijn haar verven anders vergaat de wereld; mam, er is ‘iets’ gebeurd in de keuken… En zo kan ik nog wel even doorgaan... Daarom plan ik niet echt schrijfmomenten, maar pak ik de momentjes waarop het uitkomt. Ik heb dus ook geen verplicht woordenaantal per dag. 

Een schrijver kan tegenwoordig niet zonder social media. Ben je het daarmee eens? Ervaar je social media als een zegen of een vloek?

Tja, mee eens of niet… Het is nu eenmaal zo en dat zal ook nooit meer veranderen. Ik vind social media heel tweeledig. Het is aan de ene kant een mooi platform waar je met leuke mensen (in mijn geval lezers) in contact kan komen, waar je dingen kunt delen, promoten enzovoorts en anderzijds is het een platform waar mensen ongenuanceerd hun meningen over werkelijk vanalles rondstrooien en elkaar met woorden afmaken. Dat is de kant waar ik moeite mee heb. Ik ben dan ook een best wel egoïstische social mediagebruiker. Ik gebruik mijn auteurspagina om te delen wat ik leuk vind en verder volg ik bijna niemand om zoveel mogelijk de discussies van de dag langs me heen te laten gaan. Als je door mijn tijdlijn scrolt, zie je voornamelijk boeken, katten, Formule 1 nieuwtjes en oja, boeken 😊. Op die manier hou ik het voor mezelf leuk!

Ik heb ergens gelezen dat je deze quote op je telefoon hebt staan: "My life is just a series of awkward moments, separated by snacks.' Is het nog steeds zo? En wat zijn je favoriete snacks? 

Hahaha, je hebt je research gedaan zeg 😉. En ja, het is nog steeds zo. Ik ben er best goed in om mezelf awkward te voelen, zeg maar. Je vraagt gelukkig niet om voorbeelden, dus dat komt mooi uit. En mijn favoriete snacks: chocola en koekjes. Ik hou van zoet. 

En tot slot natuurlijk een belangrijke vraag: ben je al bezig met een nieuw boek? Wanneer kunnen wij het verwachten? 

Ja en nee. Ik was ergens begin van dit jaar aan iets nieuws begonnen. Dat kwam door persoonlijke omstandigheden niet echt uit de verf dus kwam het herschrijven van Nooit meer alleen in beeld. Mijn plan is zeker wel om het andere boekidee weer op te gaan pakken, maar wanneer weet ik nog even niet. Zoals ik al eerder zei zit ik momenteel dus in de fase waarin ik even helemaal geen zin heb om te schrijven en ik wil dat ook niet forceren. Na een behoorlijk pittig jaar op privégebied wil ik nu ook even de tijd nemen om bij te komen.

Daarbij zijn wij in afwachting van een schattige Ragdoll-kitten die vlak voor kerst bij ons komt wonen. Daar kijk ik enorm naar uit en ik ben van plan om daar met volle teugen van te gaan genieten. Nog geen idee wanneer er weer een nieuw boek komt dus. Dit antwoord past trouwens perfect in mijn structuurloze schrijfproces, vind je niet? 😉 

Bedankt voor de leuke vragen, Aline! 

Bedankt voor je antwoorden, Angelique. Ik vond het erg leuk om een kijkje te kunnen nemen in je (schrijf-) leven en kijk uit naar je nieuwe boek (wanneer dat ook mag komen) en naar de foto’s van die schattige Ragdoll-kitten op je socials!


 

Aline van Wijnen



Bezoekersreacties:
Website Security Test