Aline van Wijnen in gesprek met Inge Ipenburg
Door: Aline op 10 juli 2019

Dat actrice Inge Ipenburg nu ook boeken schrijft, verbaast mij niets. Als acteur ben je creatief aangelegd en creativiteit laat zich niet beperken tot één bepaald beroep. Maar waarom heeft Inge zo lang gewacht met het schrijven van haar eerste boek? Dat en nog veel meer vraag ik haar tijdens een interview in Soho House in Amsterdam. Een interview kan ik het niet echt noemen: al snel gaat het over in een geanimeerd gesprek en vragen we elkaar het hemd van het lijf. Gezellig!





  
Wij kennen jou als actrice en schrijfster, maar Inge is natuurlijk veel meer dan dat. Hoe zou je jezelf kunnen omschrijven? 

Nieuwsgierig. Dat is, denk ik, de basis. Ik heb een vrij uitgesproken mening, kan me ontzettend inzetten voor dingen. Ik werk regelmatig voor de Stichting Lezen & Schrijven, ben voor Stop Aids Now meerdere malen naar Afrika geweest. Ik ben ook absoluut een reiziger. Reizen leert je veel over jezelf. Als ik geen actrice was geweest, had ik waarschijnlijk veel meer in andere landen gewoond. 

Alle personages van Moordenaarsstorm hebben iets van jou, begreep ik. Wat heb je dan aan Wil Heerema gegeven? 

Wil is erg op zichzelf. Hij is erg gesteld op een zelfstandig leven, iemand die de neiging heeft om dingen te beschouwen zonder daar actief aan deel te nemen – wat Max natuurlijk ook wel heeft. Wil heeft dat meer, hij vindt het fijn om aan de zijlijn te staan en toeschouwer te zijn en dat is absoluut ook een onderdeel van mij. Hoewel ik ook die andere kant in me heb.  

Toen ik het boek las, dacht ik dat je daar heel veel observaties in hebt verwerkt. Klopt dat? 

Ja, dat is hoe ik ben. Misschien ben ik wel actrice geworden omdat ik observeren interessant vind. Het leukste aan spelen vind ik dat je elk karakter van vlees en bloed moet maken. Je moet het kunnen snappen, je moet er de logica voor verzinnen, je moet het zelf kunnen geloven. Als ik mensen dingen zie doen, dingen hoor zeggen, heb ik altijd de neiging om te denken: waarom zeggen ze dat, waarom doen ze dat? Ik vind het heerlijk om gesprekken af te luisteren en de bijbehorende lichaamstaal. Ik heb een schriftje en schrijf daar alles ongecensureerd op. Meestal komt het niet terug in mijn boeken, soms wel. 

Heeft het actrice-zijn je geholpen om later ook te gaan schrijven? 

Ik weet niet wat eerder was. Ik heb mijn hele leven verhalen verzonnen. Ik was vier en zat op een kleuterschool en ik kon nog niet lezen. Maar ik zat aan tafel met vier andere kinderen en ik ‘las voor’ uit een boek. Ik verzon gewoon wat, sloeg de bladzijden om als ik dacht dat het nodig was. Een jongetje aan mijn tafel zei op een gegeven moment: ‘Mijn vader leest ook voor uit dat boek en dan is het een heel ander verhaal.’ Daar had hij absoluut gelijk in. Ik ben altijd een verhalenverteller geweest. Ik denk dat het elkaar aangevuld heeft, dat het ook mijn manier van spelen heeft bepaald. Soms vraag ik of ik teksten mag schrappen: ik wil ook iets aan de verbeelding overlaten. Je hebt waarschijnlijk gemerkt dat ik mijn personages nooit expliciet uiterlijk beschrijf. Ik wil dat de lezer daar zelf een beeld bij kan vormen, dat vind ik heel belangrijk. 

Je bent verhalenverteller, van kleins af aan. Waarom heeft het zo lang geduurd dat je ze bent gaan opschrijven?

Toen ik een jaar of tien was, dacht ik: ik word de jongste debutante ooit. Dat heb ik dus niet gehaald. Het heeft met meerdere dingen te maken. Weinig geduld. Als je iets wil vertellen, dan is de weg daar naartoe heel lang, daar heb je geduld voor nodig. Ik heb er lang over gedaan om de vrijheid te vinden om te schrijven wat ik echt wil schrijven. Ik schrijf ook columns en ik heb een paar non-fictie reportages gemaakt. Naar aanleiding daarvan ben ik benaderd door een grote uitgeverij of ik serieus wilde nadenken over een roman. Dat wilde ik natuurlijk doen, maar ik merkte dat ik met datgene wat ik schreef zo veel wilde bewijzen in plaats van gewoon het verhaal te vertellen dat ik wilde vertellen. Daardoor was het ook niet leuk om te schrijven. En ik denk ook dat het niet goed was, hoewel delen daarvan zijn ook in dit boek beland. 

Dat boek is nooit gepubliceerd? 

Nee, ik ben er ook vrij snel mee opgehouden. Het duurde best lang voordat ik de juiste vorm voor mijn verhalen vond. In 2011 was ik gevraagd om juryvoorzitter te zijn voor de Gouden Strop. Toen heb ik voor het eerst heel veel Nederlandse crime gelezen. En ik heb altijd al heel veel fantasie gehad. En doordat ik zo veel crime las, ging mijn fantasie heel erg die richting uit. Als ik op de hoek van de straat mensen zag praten, dacht ik: zijn ze een moord aan het beramen? Of als ik langs een bepaalde plek liep, dacht ik: dit is een goede plek om een auto het water in te rijden. Dat heeft heel erg geholpen. En toen reed ik langs het Oosterpark, ’s avonds laat, het was koud en donker en ik hoorde wat en ik dacht: wauw, wat kan hier allemaal gebeuren. En op de een of andere manier was dat het handvat om mijn eerste verhaal te kunnen vertellen. En zo na 2011 ben ik begonnen. 

En sindsdien best veel boeken geschreven.

In 2014 kwam het eerste uit, Het Gerecht. Degene die mij heeft gevraagd om juryvoorzitter te worden, Remco Volkers, is ook literair agent. Hij las wat ik schreef, hij was erg betrokken bij de karakters in het boek, dus ik moest doorschrijven voor hem, hij wilde weten hoe het verder ging. Het was een fantastische stok achter de deur. Alleen in februari 2012 overleed mijn beste vriend plotseling aan de griep, iemand die zo lang in mijn leven zat. Toen heb ik een jaar niet geschreven. Ik kon mijn fantasie niet de vrije loop laten, er zat te veel verdriet in, daar moesten alle seizoenen overheen. Maar ik moest mijn boek afmaken. Toen het uiteindelijk af was, dacht ik: ik heb het gedaan! Of het nou wel of niet uitgegeven wordt, ik heb het gedaan! Niet wetend dat het luik gewoon open was gegaan, dat die verhalen er waren en ze moesten verteld worden.  

Is Het Gerecht je favoriete boek?

Elk boek waar ik mee bezig ben is mijn favoriete boek, maar Het Gerecht is heel speciaal omdat het mijn eerste boek is. En de euforie van het afmaken van het boek, zo groot als de eerste keer wordt het nu niet meer.  

Schrijf je snel? 

Remco vindt van wel, ik vind van niet. Ik ben gedisciplineerd. Ik probeer dingen goed te plannen. Op een gegeven moment wilde mijn toenmalige uitgever het boek uitstellen. ‘Schrijvers halen toch meestal hun deadline niet,’ zeiden ze. Mijn deadline niet halen? Dat kan niet. Desnoods schrijf ik nachten door, maar mijn deadline haal ik. 

Hoelang ben je ongeveer bezig met de eerste versie? 

Dat wisselt heel erg. Als ik geconcentreerd kan schrijven gaat het vrij snel. Afgelopen twee jaar heb ik me in het voorjaar en in het najaar in Sicilië teruggetrokken om alleen maar te schrijven. Dan ga ik om 7 uur naar het strand om te zwemmen, drink mijn espressootje en dan schrijf ik vanaf een uur of half tien. Tot een uur of vier ben ik dan ononderbroken aan het schrijven. Plus dat ik dan niet deelneem aan het leven. Dan zit ik om een uur of zeven op het terras met een schriftje bij de hand en observeer mensen. Aan de achterkant van het schrift schrijf ik dan dingen voor het boek, de voorkant is voor ‘de ober heeft de O-benen en een snor.’ Zo blijf ik 2-3 weken lang alleen in de wereld van het boek en dan schiet ik fors op. Terug in Nederland spreek ik 3-4 dagdelen per week boeken in en dan probeer ik op de andere dagen tenminste een paar uurtjes te schrijven. Maar ik heb wel deadlines nodig, anders stel ik dingen uit. 

Verschilt de eerste versie veel van het eindresultaat? 

In mijn eerste boek is nauwelijks iets veranderd. Bij het tweede boek, Een Schitterend Ongeluk, is aan het verhaal niets veranderd, maar hoe het in elkaar gepast werd wel. Met Moordenaarsstorm was het voor de eindredacteur iets soms niet helemaal duidelijk waardoor ik dingen meer heb toegelicht. En dan vindt degene die het daarna leest een beetje overdreven. Het is dus een beetje schipperen. 

Moordenaarsstorm is het eerste deel van een tweeluik en eindigt met een fantastische cliffhanger. Het tweede deel zou eind juni uitkomen, maar dat ging niet door. 

Een week voordat het boek zou uitkomen, begon ik met het voorlezen van de audioversie. Er stonden heel veel fouten in, terwijl het natuurlijk al bij de corrector is geweest. Het blijkt dat op de een of andere manier de ongecorrigeerde versie en gecorrigeerde versie met elkaar verwisseld zijn. Het lag al bij het Centraal Boekhuis, maar je kan natuurlijk niet een boek met fouten de wereld insturen. Er werd overlegd en besloten dat de presentatie afgezegd werd en dat het boek teruggetrokken werd… 

Ik weet precies hoe dat voelt als je boek noodgedwongen uitgesteld is. Mijn boek zou in juli uitkomen, maar omdat de cover niet in de smaak bij de boekhandel viel, ging het niet door. 

Covers zijn heel moeilijk. Bij mijn boeken willen ze altijd een vrouw op de cover. En dat wil ik nooit. 

Waarom een vrouw? Denken ze dat vrouwen je doelgroep zijn? 

Vrouwen kopen boeken. Ik vind mijn boeken absoluut geen vrouwenboeken. Het gaat niet over de relaties, het gaat niet over de kinderen, gezinnen of vrouwen die problemen hebben met mannen. Nee, ik schrijf geen vrouwenboeken.  

Heb je wel een bepaalde doelgroep voor ogen als je schrijft?

Nee, en dat wil ik ook niet. Ik vind het belangrijk dat mijn verhaal toegankelijk is voor mensen die van moeilijke boeken houden en voor mensen die van makkelijke boeken houden. Dat er ruimte is om eruit te halen wat je eruit wil halen. Ik krijg eigenlijk veel meer reacties van mannen dan van vrouwen. Zij vinden het hele fijne boeken. Van vrouwen krijg ik vaak te horen, en zeker met Moordenaarsstorm, dat ze bij de laatste ontmoeting tussen Max en Wil denken: zie je wel, ze krijgen wel een relatie.  

Komen ze terug in deel 2? 

Ja. Allemaal komen ze terug. Het is zelfs zo dat in het eerste boek worden soms dingetjes aangestipt die heel belangrijk worden in het tweede boek. Maar Max en Wil krijgen geen relatie. Mensen in mijn boeken krijgen geen relatie. De vanzelfsprekendheid waarmee we allemaal geconditioneerd zijn dat het uiteindelijke doel van je leven is om een relatie te hebben met iemand, vind ik een krankzinnige conditionering.  

‘Alleen is maar alleen, een eeuwig misverstand. Het is juist wat hij zo waardeert aan zijn leven,’ zegt Wil in Moordenaarsstorm. Dat hadden dus je eigen woorden kunnen zijn. 

Absoluut. De maatschappij is heel dwingend. Mensen denken dat een relatie en kinderen een vanzelfsprekende vorm van het leven is. En als je geen relatie hebt, dan ben je waarschijnlijk op zoek. ‘Is het niet vervelend om alleen thuis te komen?’ Nee, kom op, het is heerlijk om alleen thuis te komen. Behalve dat niemand vraagt hoe je dag was, hoef je dat ook aan niemand te vragen. Je bent de baas over de afstandsbediening. Het is hartstikke leuk! Mijn leven is veel completer zonder relatie dan met. Al mijn vrienden die raken een andere deel van me aan en ik blijf heel nieuwsgierig naar buiten toe, terwijl mensen die in een relatie zitten vaak heel erg naar binnen gaan kijken.

Terug naar je boek. Was je van plan om een tweeluik te schrijven of is het zo gegroeid? 

Het is zo gegroeid. In 2016 was ik op Sicilië in dat dorp in juni. En toen was er die sirocco. Het was een krankzinnige atmosfeer, 42 graden. Ik zag een groengrijze deken van rook en zand over dat dorp heen, het ging ontzettend tekeer. Ik vond het een prachtig uitgangspunt voor een boek, zo’n sfeerbeeld, en ik kon er een aantal verhalen in kwijt. Ik ben daar met degene gaan praten van wie ik het huisje had gehuurd om haar over het dorp uit te horen, over hoe daar de dingen gaan. En toen ben ik begonnen met het schrijven. Het was 2016 en volop de crisis met de vluchtelingen. En in dat dorp zie je niet zo veel vluchtelingen, terwijl de burgemeester van Palermo ze juist welkom heet. Het is prachtig, maar Palermo is een soort klein Afrika geworden wat voor de bewoners natuurlijk heel lastig is. Toen wist ik dat ik een verhaal niet in die tijd in Sicilië kon laten afspelen zonder iets over de vluchtelingen te vertellen. Alleen was het te groot om in dit verhaal te verwerken, daar had ik een tweede verhaal voor nodig.  

Vind je het lastiger om een tweeluik te schrijven dan een standalone?

Ja, ga ik nooit meer doen. Het moment waarop alle publiciteit voor het eerste boek komt, zit je volop in de laatste fase van het tweede boek. Dat is gewoon ingewikkeld in je hoofd. Plus het moet los van elkaar gelezen kunnen worden. Dat betekent dat ik in het begin van het tweede boek iets moet vertellen over het eerste boek. Maar dat moet de mensen die het eerste boek hebben gelezen niet vervelen. Dat is een hele ingewikkelde balans.  

Heb je veel research gedaan over het politiewerk, hoe het in Italië in elkaar steekt? 

Ja, redelijk wat research, maar niet te veel. Ik zoek dingen uit en daar laat ik mijn fantasie erop los. Het moet wel allemaal kloppen. Ik heb me wezenloos zitten zoeken hoe het met de carabinieri zit: het systeem zit anders in elkaar dan bij ons. En het is raar genoeg moeilijk te vinden.  

Wat iedereen ongetwijfeld zou willen weten: ben je alweer bezig met een nieuw boek? 

Ik ben net klaar met deel twee en ik heb heel snel tussendoor een verhaal voor Veronica geschreven, ‘Jacht op zee’. Ik ben nog niet bezig met een nieuw boek omdat ik eerst het tweede deel van de Siciliaanse kronieken goed wil begeleiden: het tweede deel verschijnt rond 19 augustus. Maar er is al van alles in mijn hoofd aan de gang, dat wel.  

Je bent best aanwezig op social media. Gaat het je makkelijk af of is het een noodzaak? 

Ik hou eigenlijk heel erg van mijn privacy, dus ik vind het gedoe, maar ik vind het belangrijk voor mijn boek. Ik richt het dus heel erg op werk, er staat zelden iets over mijn privéleven.  

Er zijn in Nederland ongelofelijk veel mensen die een boek willen schrijven. Wat is je ultieme schrijftip?

Zitten en doen. Laat je niet remmen door wat je ermee wil bereiken. Geef jezelf de ruimte om dat verhaal te laten ontstaan.

Dank je wel voor een fijn gesprek, Inge. Het was onwijs leuk om je te leren kennen en met jou over je boeken en je leven te praten. Moordenaarsstorm vond ik een intelligente thriller die goed in elkaar zit. De personages zijn goed uitgewerkt en de setting in Sicilië was voor mij een leuk extraatje: ondanks de spanning van het verhaal waande ik me daar op vakantie. De week van 19 augustus wanneer De mannen vallen uitkomt, heb ik in mijn agenda gezet. Ik kan niet wachten om te lezen hoe het verder gaat met Max en Wil (al weet ik nu al dat ze geen relatie krijgen, haha) en wat er allemaal aan de hand is met de vluchtelingen op het eiland. Ik hoop nog vele boeken van je te mogen lezen. 

Aline



Bezoekersreacties:
Website Security Test